Verlovingstijd - Maarten 't Hart
Vertederend en humoristisch tegelijk.
‘Met bonzend hart fietste ik naast Frederica. De novemberlucht was bedrieglijk blauw. Ik hoefde niet achter mij te kijken om te weten dat Jouri – hij moest dezelfde kant uit – op gepaste wijze achter ons fietste. We reden de Rotterdamseweg uit, de Schiedamsedijk op en langs het Oranjepark, dat in Vlaardingen simpelweg als het Hof wordt aangeduid. Op de Binnensingel zette ik mijn fiets tegen de pui van de villa die Frederica mij aanwees als haar huis.’
Verlovingstijd, de zeventiende roman van Maarten ‘t Hart speelt zich voornamelijk af in Maassluis, waar de naamloze verteller (ik-figuur), zoon van een rioolwerker, opgroeit in een gereformeerd gezin en sinds de ‘bewaarschool’ een hechte vriendschap heeft met Jouri, zoon van een fietsenmaker. Vlaardingen en Leiden komen vaak voor in het boek, omdat de vrienden in Vlaardingen naar school gaan en later in Leiden gaan studeren.

Jouri, een knappe jongen, pikt al vanaf de bewaarschool in Maassluis ieder vriendinnetje van de ik-figuur af zodra die er verliefd op wordt. Dit terugkerende proces staat de vriendschap niet in de weg, maar het levert wel het nodige hartzeer op. Tussen deze perikelen door, komen de liefde voor klassieke muziek, de afkeer van het geloof dat zijn ouders belijden en de opgebiechte vergissing over de partnerkeuze van zijn hoogbejaarde moeder in beeldende en bloemrijke taal aan de orde.
Het meest op dreef is Maarten 't Hart in zijn onbeteugelde beschrijvingen van verliefdheid en liefdesdaad en als hij in heftige bewoordingen het geloof bekritiseert. Op bijtende wijze beschrijft de ik-figuur muzieklerares Katja, maar als hij haar op de boot naar Engeland ontwaart in een lange jas, wordt hij verliefd op haar. De lieflijke woorden voor zijn latere echtgenote Katja en de toevoeging dat zij eigenlijk een kort rokje onder haar lange jas had moeten dragen, zijn vertederend en humoristisch tegelijk.
In Verlovingstijd komen excentrieke personages voor die intens worden beschreven. Hoewel thema's als verlies en godsdienst worden behandeld, is het een boek dat makkelijk leest en pakkend is geschreven. Een roman waarin je je helemaal kunt verliezen.
Toen de ik-figuur alweer een week later, na het zesde uur met Frederica naar de Binnensingel fietste, zei ze: ‘Wacht maar! Hij is een beetje bang voor mij, net als jij. Hij knijpt ‘m. Da’s precies wat je hebben moet. Wie vreest, wordt verliefd.’ ‘Mij klonk dat toen, terwijl we langs de ruisende treurwilgen van het Hof reden, als een raadselachtige, ja onzinnige opmerking. Maar nu, zo’n veertig jaar later, verbaas ik mij er vooral over dat zo’n meisje dat zowel op het gymnasium als op de hbs had gefaald, toen blijkbaar reeds gezegend was met zoveel kijk op de wonderlijke kronkelpaden van de liefde. Keer op keer heb ik in mijn leven bevestigd gezien dat vrees de beste voedingsbodem is voor diepe genegenheid. Het lijkt erop dat je je angst omzet in liefde om aldus de scherpste kantjes eraf te slijpen.’
Maarten ’t Hart (Maassluis, 1944), bezocht het Groen van Prinstererlyceum in Vlaardingen en studeerde biologie aan de Rijksuniversiteit Leiden, waar hij in 1978 promoveerde. Hij werkte daarna als etholoog. Onder het pseudoniem Martin Hart debuteerde hij in 1971 met Stenen voor een ransuil. Dat boek verscheen bij de Arbeiderspers, de uitgever die hij altijd trouw is gebleven.
Zijn grote doorbraak kwam in 1978 met Een vlucht regenwulpen. Die roman werd verfilmd door Ate de Jong met in de hoofdrol Jeroen Krabbé. Tussen 1971 tot heden heeft hij ruim zeventig werken gepubliceerd. In 2017 ontving Maarten ’t Hart de J.M.A. Biesheuvelprijs (beste korte verhalenbundel) voor De moeder van Ikabod.
Verlovingstijd is in 2009 verschenen bij uitgeverij de Arbeiderspers en telt 303 pagina’s.
Ook als E-book verkrijgbaar.
Waardering:
Boekbespreking door Margriet Kleijn
email mijGepubliceerd: 02-06-2017